Spruitkool De Rosny

Brassica oleracea gemmifera
Halfdwergvariëteit, met regelmatig gerangschikte harde kooltjes. Zeer goede smaak. Winterhard en productief. Zeer gewaardeerd door groentetelers aan het begin van de 20e eeuw.
Zaai in maart, april in een kweekbed. Verplant je zaailingen ongeveer 6 weken na het zaaien, wanneer de planten ongeveer vijftien centimeter hoog zijn, op een afstand van 75 cm in alle richtingen.
De kool heeft rijke grond en een koele, zonnige plek nodig.
 
Spruitkolen hebben regelmatig water nodig om de grond vochtig te houden, maar niet doorweekt. Zorg ervoor dat de grond tussen de gietbeurten door niet volledig uitdroogt. Gebruik mulch om de vochtigheid in de grond te behouden. Probeer de bladeren niet nat te maken.
Ze zijn gevoelig voor rupsen, slakken en luizen. Een insectengaas kan een goede oplossing zijn om ze te beschermen tegen plagen.
 
De oogst van Sprijkolen begint idealiter na de eerste vorst en loopt door van november tot februari, afhankelijk van jouw behoeften.
Goede metgezellen: ui en knoflook, veldsla, kervel, sla.
Vermijd de aanwezigheid van aarbeienplanten.