Muskutpompoen Butternut

Cucurbita moschata
Een vrij laat lopend ras. Vruchten cilindrisch, eindigend in een min of meer belangrijke uitstulping aan de navelzijde. Gladde, lichtgroene huid, wordt oker met de jaren. Het geel tot oranjegele vruchtvlees is stevig en mals, met een muskusachtige smaak. 
Om de vruchtzetting te bespoedigen en de schade door slakken te beperken, zaait u best warm (20°), in potten, vanaf maart-april. In de grond planten na de laatste vorst, rond 15 mei, op een afstand van 1 m, en tot 2 m voor de lopende rassen, in kleine kuilen gevuld met compost. Behalve zonneschijn hebben pompoenen ook een bodem nodig die rijk is aan organisch materiaal en een regelmatige en overvloedige besproeiing aan de voet in geval van droogte. Ze kunnen direct in mei worden gezaaid. De oogst zal later zijn en de opbrengsten kleiner. Voor een langere houdbaarheid is het raadzaam ze te oogsten wanneer ze rijp zijn; wanneer de nagel moeilijk door de schil kan dringen en wanneer de stengel is verduurzaamd. Vervolgens moet hij zo dicht mogelijk bij de stengel worden afgesneden.